Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want alzo zegt de HEERE: Ziet, Ik zal [51]den vrede [52]over haar uitstrekken [53]als een rivier, en [54]de heerlijkheid der heidenen als een overlopende beek; dan zult [55]gijlieden [56]zuigen; gij zult [57]op de zijden gedragen worden, en op de knieen zeer vriendelijk [58]getroeteld worden. 51. Het woord vrede wordt verscheidenlijk genomen in de Heilige Schrift: I. voor een geestelijken vrede, rijzende uit het geloof aan Christus, Rom.5:1; II. voor een broederlijken vrede, dien de ene mens met den anderen heeft, gelijk Mark.9:50; Joh.14:27; III. betekent het ook benevens rust van oorlog, alle heil en welvaart, zo aan de ziel als aan het lichaam. Zie Ps.37:11. 52. Of, tot haar neigen, of buigen; te weten tot Zion; dat is tot mijne kerk. 53. Zie hfdst.48 vs.18. 54. Dat is rijkdom. Zie hfdst.61 vs.6, en Openb.21:26. 55. Te weten gij godzalige Joden. 56. Te weten, de onvervalste melk van het goddelijke Woord. 57. Dat is, op de armen. De zin is: De Christelijke Kerk en hare leraars zullen met u in alle beleefdheid en vriendelijkheid omgaan, gelijk ene moeder met haar teder kindje doet, niets nalatende van alles wat tot uwe onderrichting en godzaligheid zou mogen strekken. Zie Num.11:12; hfdst.49 vs.22, en hfdst.60 vs.4,16; Rom.15:1,2; Gal.6:1,2, en 1 Thess.2:7. 58. Of, geliefkoosd worden.